Beknopte ontstaansgeschiedenis Villapark Eindhoven

Door Jan Spoorenberg

Uit de kadasterkaart van 1832 blijkt dat het gebied dat nu Villapark is, lang geleden nog weids en landelijk was. Langs de Dommel lagen de natte graslanden die door de boeren als hooiland werden gebruikt. Het gebied werd doorsneden door het beekje de Laak of Lakerloop, dat zijn weg zocht naar de Dommel en dat de grens vormde tussen de dorpen Stratum en Tongelre. In het Tongelrese deel was nog geen bebouwing. In het Stratumse deel lagen twee boerderijen: de Treurenburg en de Dommelhoef. Zij waren door zandwegen met de buitenwereld en met elkaar verbonden.

De stilte werd in 1846 enigszins verbroken toen het Eindhovens Kanaal gereed kwam en in 1866 de spoorlijn Eindhoven – Venlo. De Tongelrese tapster Anna Catharina Boeren kocht kort na de opening van de spoorweg tussen de Haagdijk (nu Kievitlaan) en de Goorweg (nu Goorstraat) grond waarop ze een huis en een café bouwde, het later bekende café Spoorzicht van Mie van Rooy. De Goorstraat is genoemd naar het drassige gebied De Gooren waar nu de TU/e staat.

In 1871 was de provinciale weg van Stratum naar Lieshout (Tongelresestraat) gereed. In 1894 werd een weg van de Dommel naar de provinciale weg aangelegd, de huidige Parklaan. Lucifersfabrikant C. Mennen zag wel iets in het weidse land. Op de plaats waar nu de bank Van Lanschot staat, kocht hij grond waarop hij een buitenverblijf bouwde en een tuin aanlegde. Voortaan zou hij tijdens de weekenden het drukke stadsgewoel ontvluchten en gaan genieten van de natuur.

In 1907 vestigden de eerste vaste bewoners zich in het gebied. Koploper was Anton F. Philips, die dat jaar zijn nieuwe villa De Laak betrok. Enkele maanden later
volgde J. Brüning, de oprichter van de houtindustrie Picus, die tegenover de gloeilampenfabrikant huize Elsheim had laten optrekken; het huidige verpleeg- en revalidatiecentrum Dommelhoef. Korte tijd daarna vestigde zich er steenfabrikant Glaudemans, die een villa had laten bouwen op de hoek Parklaan-Stationsweg.

In 1909 was het nog mogelijk om tussen de villa van Mennen en de herberg van Mie van Rooy een grote landbouwtentoonstelling te organiseren. Datzelfde jaar richtten Philips, Brüning en de erven Mennen de ‘Bouwgrondmaatschappij Stratum-Tongelre’ op met tot doel grond aan te kopen, een wegenplan uit te zetten, bouwpercelen te verkopen en woningen te bouwen. Deze grondmaatschappij stelt in 1909 aan Tongelre voor de Parklaan over te nemen. Hiervoor hoefde Tongelre niets te betalen, maar het diende als tegenprestatie de weg te verharden. Het gemeentebestuur van Tongelre ging hiermee akkoord en na de wegverharding versnelde de ontwikkeling van Villapark.

Een plattegrond uit 1913 geeft een indruk van de ont- wikkelingen in de voorafgaande periode. In Stratum bruist het van leven. Rond het kanaal ligt een industrie- terrein met onder andere de brouwerij van Coolen, de houtindustrie Picus, de stoomtimmerfabriek de Rietvink en de gasfabriek (huidige NRE terrein) van de gemeente Eindhoven. In de buurt van de fabrieken staan woonhuizen voor arbeiders en middenstanders. Vanaf de Tongelresestraat dringt de bebouwing op via de Dommelhoefstraat en de Lakerstraat. Ook langs de Patrijsstraat staan al huizen, evenals aan de Nachtegaallaan. Vanuit de remise op de Tramstraat rijdt de tram over de Nachtegaallaan richting Geldrop. De Fazantlaan vormt echter een grens tussen het bruisende leven en de rust van de nieuwe villawijk. Langs deze zandweg staat het gereformeerde kerkje, dat uit 1911 dateert. Daarnaast staan drie villa’s. Aan de Parklaan staan enkele eenzame herenhuizen, terwijl er ook wat bebouwing is aan de Merellaan en de Fuutlaan. Tenslotte staan er nog enkele villa’s aan de Ooievaarslaan, huidige Uiverlaan.

In 1914 verrees aan een zandweg de ‘School tot Nut van het Algemeen’. Het Stratums gemeentebestuur doopte deze de Schoollaan, later Reigerlaan. In 1915 bouwde sigarenfabrikant R. Mignot zijn villa Granville (nu ABN Amro) aan de Parklaan, twee jaar later textielfabrikant J. Elias zijn huis de Gooren (nu kantoorunits) en sigarenfabrikant G. de Jongh het pand waar sinds 1965 het Academisch Genootschap is gevestigd.

Inmiddels had de Bossche bisschop begrepen hoe snel de ontwikkelingen gingen. Hij gaf kapelaan C. van Oerle de opdracht een nieuwe parochie te stichten. In 1918 was de bouw van de R.K Antonius van Padua kerk aan de Fazantlaan gereed. De pastoor had de zusters Ursulinen uit Boxtel overgehaald een nieuw klooster te stichten in de naastgelegen Kwartelstraat en daarnaast een meisjesschool te openen.

De annexatie van de buurgemeenten Woensel, Gestel, Stratum, Strijp en Tongelre door Eindhoven op l januari 1920, was een nieuwe stimulans voor de woningbouw.
In 1921 startte de Woningbouwvereeniging R.K. Middenstand met de bouw van 58 woningen aan de Pauwlaan, Gaailaan, Haviklaan, Sperwerlaan, Roeklaan, Valklaan en Treurenburgstraat. Ook Philips bleef actief, terwijl daarnaast een aantal particulieren een of meer woningen liet bouwen.

Architect Johan Wilhelm Hanrath heeft een grote stempel gedrukt op het aanzien van Villapark. Na de bouw van Huize De Laak en de school aan de Reigerlaan zijn er tussen 1921 en 1931 nog 129 panden van zijn hand in de wijk verrezen, grotendeels in opdracht van Philips. Deze staan in de Goorstraat, Leeuweriklaan, Kievitlaan, Parklaan, Reigerlaan, Uiverlaan, Fazantlaan, Kwartelstraat, Pauwlaan, Gaailaan, Lijsterlaan en de Tongelresestraat. Een groot deel van Hanrath’s huizen is inmiddels gemeentelijk- of Rijksmonument.

Voetbalvereniging Eindhoven werd in 1925 door de oprukkende bouwvakkers verdreven van haar terreinen aan de Parklaan en verhuisde naar de Aalsterweg.

In 1928 stelt Stoombierbrouwerij ‘De Valk’ aan de Tongelresestraat (nu DAF Museum) de gebroeders Hub en Wim van Doorne een werkplaats ter beschikking naast de brouwerij. ‘Hub van Doorne Machinefabriek en Constructiewerkplaats c.v.’ maakt aanvankelijk eenvoudig constructiewerk. In 1932 verhuisden ze en werd de firmanaam gewijzigd in ‘Van Doorne’s Aanhangwagenfabriek’, kortweg DAF.

Ook in de volgende jaren ging de bouw van nieuwe woningen door. Langzamerhand raakte de bouwgrond echter op. Wel werden in de jaren dertig nog twee nieuwe straten aangelegd: de Pelikaanlaan en de Zilvermeeuwlaan. En er werd nog een derde nieuwe straatnaam vastgesteld. Na het succes van de K.L.M. in de Londen-Melbournerace verzochten de bewoners van de Ooievaarslaan aan het stadsbestuur om hun straat om te dopen in Uiverlaan en dat verzoek werd in 1935 gehonoreerd. Uiver is dialect voor ooievaar en de naam van het succesvolle vliegtuig.

In 1930 nam het neutrale Lorentz Lyceum zijn intrek aan de Parklaan en bleef daar tot het in 1962 verhuisde naar de Celebeslaan. In 1933 werd in een villa op de hoek van de Parklaan (nu nr. 81) en de Eksterlaan het nieuwe Diaconessenziekenhuis geopend. Nadat het ziekenhuis in 1940 naar een ruimere behuizing (de oude villa van Brüning) was vertrokken, werd het pand bestemd voor de Ortskommandantur en na de oorlog tot 1962 voor de GGD. Tijdens de Tweede Wereldoorlog worden veel huizen door de Duitse Wehrmacht gevorderd. Ook de school aan de Reigerlaan. De lessen gingen door in het koetshuis van huize De Laak en de woning van Van Dissel aan de Tongelresestraat. Op 8 plaatsen in de wijk zijn in 2009 ‘struikelstenen’ geplaatst ter herdenking van joodse inwoners die toen zijn omgebracht.

Qua bouwwerkzaamheden blijft het tot de jaren ’80 rustig. In 1986 komt bij de Tongelresestraat, op de plek van het gebouw dat in de volksmond ‘De Heineken toren’ werd genoemd, het Vinkenhofje met woningen. In 1987 worden ook de oude Fröbel- en Montessorischool en latere buurthuis De Monti op de hoek Fazantlaan – Treurenburgstraat afgebroken en in 1990 worden de twee schoolgebouwen (o.a Mulo Jeanne d’Arc) op de hoek Kwartelstraat – Treurenburgstraat gesloopt. Een jaar later gaat ook de grote Antoniuskerk aan de Fazantlaan tegen de vlakte. Er komen twee-onder-een-kap woningen voor terug en op de plek van de Monti wordt de eerste sociale woningbouw in de wijk gerealiseerd met een vierlaags appartementencomplex voor 55-plussers op de nieuwe Buizerdhof (ingang via de Treurenburgstraat).

In het oostelijk deel van de wijk ontstaan nabij de Zandstraat drie nieuwe straten: Sniphof, Rietvinkstraat en Tapuitstraat. De Rietvinkstraat was vroeger een zijstraatje van de Tongelresestraat richting Treurenburgstraat tussen Picus en stoomtimmerfabriek De Rietvink. De tegenwoordige Rietvinkstraat is aangelegd bij het de winkels en het parkeerterrein bij de Tongelresestraat – Zandstraat.

In 1993 opent het DAF Museum haar deuren op de hoek van de Tongelresestraat en Kanaaldijk.

Tussen 2006 – 2009 is het plan Picuspark gerealiseerd: 103 woningen en appartementen tussen de Tongelresestraat, Lakerstraat, Treurenburgstraat en Dommelhoefstraat. Dit was van 1883 – 1993 de plek van houtverwerkingsfabriek Picus (Latijn voor specht). In 2008 verscheen ook een nieuw appartementencomplex in jaren 30 stijl op de Fuutlaan.

Op het NRE-terrein aan de Nachtegaalllaan is de laatste van de 4 grote gashouders in 1979 verdwenen. Tot groot genoegen van de meeste buurtbewoners is in 2017 gestart met de ontwikkelling van dit terrein met woningen, horeca, ateliers en creatieve ondernemers.

Op de hoek Valklaan wordt tegenover het Apollohuis ook gebouwd. Het Apollohuis is rond 1900 gebouwd als sigarenfabriek en daarna huzarenkazerne, schoenenfabriek, zeepfabriek en centraal magazijn van Parfumerie Apollo (nu Douglas) geweest. In 1980 kreeg het de huidige naam en runden Paul en Hélène Panhuysen er tot 2002 een platform voor hedendaagse kunst. Tegenover het Apollohuis zetelde ruim 45 jaar meubelwinkel Verouden. Dit pand is in 2017 gesloopt om in 2018 plaats te maken voor een complex met 15 (studenten)studio’s.

In 2018 is ook gestart met het plan Picuskade tussen het DAF Museum, het NRE-terrein en de Kanaaldijk. Het totale plan omvat 248 woningen en uitbreiding van het DAF Museum. Het plan is begin 2020 gereed. Daarna zullen de laatste nieuwbouwprojecten op het NRE terrein gerealiseerd worden. Het is redelijkerwijs te verwachten dat dit de laatste ‘bouwgrond’ is voor nieuwe bewoning in Villapark. Of gaat de Gemeente Eindhoven op het Havenhoofd bij het kanaal toch die mega-toren bouwen?